Snijkop Simon Stevin

Een van de snijkoppen van de Simon Stevin, een baggervaartuig in de vorm van een “wandelend” werkeiland (210×67 meter) ligt in de tuin van het Nationaal Baggermuseum. Na enkele jaren vooronderzoek startte in 1978 Rijn-Schelde- Verolme de bouw van dit pretentieuze project waar diverse nieuwe technieken voor waren ontwikkeld. Na behoorlijke vertraging kon in 1982 worden begonnen met proefbaggeren. Door diverse omstandigheden heeft de Simon Stevin nooit een project gerealiseerd. In 1988 is de Simon Stevin zo goed als nieuw gesloopt.
De snijkop van de Simon Stevin is gemaakt bij scheepswerf Stapel (Vosta) een onderdeel van Volker Stevin. De snijkop weegt 38 ton, heeft een diameter van 4 meter.
Er waren 100 tanden en adaptors op geplaatst. De snijkop werd aangedreven door een elektromotor van 5.000 pk.
Voor reparatie van snijkoptanden werd de snijkop via een reparatiearm van 92 meter getransporteerd naar de reparatiewerkplaats aan boord. Hier was ruimte voor vijf van deze snijkoppen.
In 2000 heeft het Nationaal Baggermuseum deze snijkop geschonken gekregen van de firma Vosta